Het gebied Flinke ven (oppervlakte 1,27 km2) ligt zeer dicht in de buurt van Nationaal park de Meinweg, maar maakt hier geen deel van uit.
Aan het einde van de 19de eeuw, was het houden van vee in combinatie met de heidevelden overbodig geworden. Veel woeste gronden zijn dan ook ontgonnen om ze voor andere doeleinden te gebruiken. Het Flinke Ven werd in deze periode drooggelegd en werd ingericht als agrarisch gebied.
In 2016 zijn enkele percelen verworven door de provincie Limburg en in 2017/2018 ingericht als natuurterrein. De inrichting is uitgevoerd door stichting IKL (Instandhouding Kleine Landschapselementen).
Een van de maatregelen was het terugbrengen van een laagte deze dient nu al als voortplantingsplaats voor de Vinpootsalamander en voor enkele bijzondere libellensoorten. Op de nattere stukken hoor je het tikken van de Moerassprinkhaan en vind je ook Gouden sprinkhaan. In het grasland staan al enkele Grote pimpernelplanten, die kunnen gaan dienen als waardplant voor Donker pimpernelblauwtje.
bron: Belevingspark de Meinweg – Gebiedsontwikkeling – juni 2020



De Gewone Bronlibel langs de Venbeek
In Limburg zijn populaties van de Gewone bronlibel bekend uit Haeselaarsbroek en de Meinweg. De populatie in de Meinweg is de grootste in Nederland. De soort wordt hier aangetroffen langs de Boschbeek, de Roode beek en het Nartheciumbeekje.
Op vrijdagmiddag 9 juni 2006 trof ik een Gewone bronlibel aan langs de Venbeek. Daar de Venbeek op het eerste gezicht een geschikt biotoop lijkt en omdat de soort in het verleden al enkele malen in de omgeving van de nabijgelegen Turfkoelen is gesignaleerd, is de Venbeek vanaf 9 juni tot 22 juli wekelijks bezocht.
Tijdens deze bezoeken werd duidelijk dat de Venbeek waarschijnlijk de vierde deelpopulatie Gewone bronlibellen van de Meinweg herbergt.
Bron:
Publicatie in het Natuurhistorisch Maandblad | januari 2007 | jaargang 96-1
Auteur Rob P.G. Geraeds
Waarneming.nl is het grootste natuurplatform van Nederland en onderdeel van Stichting Observation International.
Vrijwilligers verrichten wereldwijd een massa aan natuurwaarnemingen. Wanneer deze informatie verzameld en gedeeld kan worden, vormen deze data een krachtig instrument voor natuurbehoud, onderzoek, beleid, educatie en beleving.